AI op de werkvloer: vloek of zegen?
De opkomst van artificiële intelligentie (AI) is niet meer te stuiten en zal een ware revolutie met zich meebrengen. De impact op de arbeidsmarkt is groot en de uitdaging om een gezonde balans tussen technologie en mens te creëren is onvermijdelijk.
Volgens een studie van ING uit 2024 blijkt dat vele werknemers verwachten dat door AI de invulling van hun job zal veranderen, maar dat slechts 3% van de ondervraagden vreest dat zijn of haar baan effectief zal verdwijnen. Toch verwacht 42% van de Belgen dat wijdverspreid gebruik van AI meer banen zal kosten dan voortbrengen.
Mee op de AI-kar springen
“Banen die geïmpacteerd zijn door AI met een hoge graad aan menselijke interactie, zullen altijd blijven bestaan”, zegt Danny Goderis, Senior Advisor Digital en Telecom bij Agoria. Jean-Philippe Schepens van Thiel, CEO van Axonjay, een deeptech bedrijf dat op basis van AI een baanbrekend platform heeft ontwikkeld om werkelijk gedrag van bedrijven in realtime te voorspellen, kan niet anders dan hiermee akkoord gaan. “AI zal de mens zeker niet vervangen op de werkvloer, integendeel. Alle repetitieve taken zullen vervangen worden door machines en algoritmes, waardoor meer aandacht naar het welzijn van de werknemers kan gaan. Anderzijds zullen bedrijven aan productiviteit winnen, wat goed is voor de economische groei en de sociale welvaart.”
Keerzijde van de medaille?
De opkomst van artificiële intelligentie geeft zowel aanleiding tot enthousiasme als weerstand. “Net zoals bij de ludieten tijdens de industriële revolutie in het begin van de negentiende eeuw, zie je bij sommige mensen nog een aversie tegen de technologische innovatie. Die komt vooral voort uit angst en gebrek aan informatie”, zegt Jean-Philippe. “Transparantie is een prioriteit.” Een negatieve of zelfs afwezige communicatie rond digitalisering en automatisering binnen een bedrijf werkt die onzekerheid bij het personeel in de hand. De rol van HR-experten bestaat erin de medewerkers mee te krijgen in het AI-verhaal door ze te betrekken bij de automatisering en opleidingen te voorzien in functie van de noden. “Continue bijscholing wordt een essentieel onderdeel van de werkcultuur”, merkt Danny Goderis op. “Ook de snelheid van de verandering is een uitdaging voor de bedrijven, zeker voor de kmo’s die niet altijd de middelen hebben om een CTO aan te stellen. Samenwerken met een externe partner om de AI-transitie door te voeren, is dan zeker geen overbodige luxe.” De implementatie van AI brengt verder kwesties met zich mee over privacy, bias en de menselijke controle over technologie, die de nodige aandacht vragen.
“Continue bijscholing wordt een essentieel onderdeel van de werkcultuur.“
Kantoorruimtes van de toekomst
Met de integratie van thuiswerk hebben vele bedrijven de organisatie van hun kantoren aangepast. De fysieke werkplekken zijn functioneler geworden, geen vaste bureaus meer, maar gedeelde werkstations, geluidsdichte cabines voor extra-focus en dynamische vergaderruimtes. Dit is een trend die zich verder zal doorzetten in AI-ondersteunde omgevingen. Kantoren zullen meer gericht zijn op teamwork, dynamisch ruimtebeheer, voorspelling van de bezettingsgraad en virtuele vergadermogelijkheden. De werkplek wordt een hybride omgeving waarin mens en technologie elkaar aanvullen. Elke onderneming zal zich organiseren volgens haar specifieke behoeftes. “Bij Axonjay werkt iedereen van thuis uit en komen de collega’s van heel Europa regelmatig samen op het hoofdkantoor voor teambuildingactiviteiten en workshops”, aldus Jean-Philippe.
Kunstmatige intelligentie excelleert in data-analyse, patroonherkenning en snelheid. Menselijke intelligentie biedt creativiteit, empathie, intuïtie en morele afwegingen. Door beide te integreren ontstaat een synergie, die de samenwerking tussen mens en machines versterkt. AI zal de menselijke competenties verbeteren en complementeren. “Bij een hybride intelligentie zal domeinexpertise, menselijke interactie en kennis van de AI-tools altijd het verschil blijven maken”, voegt de Agoria Expert Danny Goderis toe. “Het is tijd om de AI-technologie te omarmen”, besluit Jean-Philippe.